zondag 1 december 2013

Autoluw moet kunnen in de Lippenslaan...

In De Standaard van vrijdag 29 november konden we lezen dat de mondaine badplaats Knokke-Heist geen ramblas wenst maar jammer genoeg volop wenst in te zetten op autobereikbaarheid en parkeergelegenheid in één van de meest luxueuze winkelstraten van ons land. De eerlijkheid gebiedt ons dat we inderdaad de kwaliteit die de openbare ruimte in de Zuiderse landen kenmerkt niet klakkeloos mogen kopiëren op onze eigen Vlaamse realiteit. Waarom de hoofden (nog) niet rijp zijn voor deze beleidsoptie, laten we dat even terzijde houden en ons focussen op die Lippenslaan in Knokke, al hoop ik dat dat debat in de komende jaren toch ook nog eens heftig losbarst…

Luxueuze winkelstraten in Vlaanderen. U kent er waarschijnlijk wel wat. De Veldstraat in Gent, de Keyserlei  en Meir in Antwerpen, de Nieuwstraat in Brussel, de Kapellestraat in Oostende, de Steenstraat in Brugge… steevast prachtige winkelstraten met gevestigde waarden en dure merken. Gooi daar even de “Avenue Lippens” tegen en het verschil is merkbaar. Lekker kuieren in de Lippenslaan, we doen ze dan ook graag af als “de” winkelavenue bij uitstek. Toch betrap ik me telkens op de verschillen…  Ik wandel aan de oostzijde richting zee en blijkbaar lijkt dat flaneren en kuieren niet zo’n evidentie. Om de haverklap moet ik me verschansen tussen blik en rubber – auto’s dus – om tegemoetkomende voetgangers een passage te geven. Schepen Willems verbergt zich achter het argument dat er reeds ruime wandelstroken in de Lippenslaan aanwezig zijn, laat hem ons dan even de ruimte aan oostzijde aanduiden waar die ruimte effectief te vinden is? Ruimte voor terrassen is er amper, laat staan winkelwaar. Nochtans weet elke ruimtelijke architect dat een wandelpromenade moet opgebouwd zijn uit een activiteitenzone met gezellige terrasjes en uitgestalde winkelwaar,  een bewegingszone om je daadwerkelijk te kunnen voortbewegen en je niet te hoeven verschansen en tot slot een objectenzone, wat ze de ruimte noemen voor straatmeubilair. Je kent het wel vanop jullie wandeling op de ramblas in Barcelona, bankjes en stoelen enzo, waarop je even kunt uitrusten. Blijkbaar is de ruimte in de Lippenslaan te beperkt om dat beetje ruimte aan de flanerende Zoutien of Kneistenaar te gunnen, onze ruimtelijke ordening is nu éénmaal niet wat het behoort te zijn.

Unizo – dekracht van de middenstand – zweert bij het belang van de “mobiliteit”, ware het niet dat zij toch een andere vorm van mobiliteit in pacht nemen dan tegenwoordig voor waar aangenomen in Vlaanderen. Zij bestempelen mobiliteit als autobereikbaarheid, maar ze vergeten hierbij dat zaken die bereikbaar zijn per auto ook enkel die specifieke zaak bereikbaar maakt, maar geen opportuniteiten biedt voor andere – niet voorziene – impulsaankopen, daar waar dergelijke “Avenue De Lippens” toch op gericht is? Drie parkeerstroken lang kan men overal de wagen parkeren tegen exorbitante parkeertarieven, waar de meer begoede Zoutien waarachtig niet van wakker ligt. De Zoutien gaat dus daadwerkelijk shoppen met z’n wagen langsheen de Lippenslaan en zoekt gericht naar die aankopen die hij vooraf in gedachten had. Drie (3!) ellenlange langsparkeerstroken lang is het aanschuiven geblazen en wordt de voetganger de gevel opgeduwd. Nochtens is het een bewezen wetmatigheid in de wetenschap der mobiliteitsmanagement dat elke uitgestapte autochauffeur een extra voetganger is (de logica zelve). Die extra voetganger passeert veel meer vitrines en gaat dus sneller over tot andere niet voorziene impulsaankopen. Win – win, vooral op economische vlak (de economische return voor alle zaken stijgt immers) maar ook het sociale leven wordt bevorderd en het flaneren tijdens deze gezellige kerstdagen wordt gestimuleerd.

We moeten af van het dogma dat autoluw de doodsteek voor de autobereikbaarheid inhoudt, en het wordt hoog tijd dat ook Unizo – de middenstand – zich bewust wordt van de economische voordelen van dergelijke keuzes op (middel)lange termijn. Autoluw (en dus niet autovrij) kan in de Lippenslaan perfect georganiseerd en gecombineerd worden met heerlijke wandelen en flaneren om die broodnodige impulsaankoop waarop dergelijke winkelstraat gericht is te stimuleren. Maak een afweging tussen de bestaande ondergrondse parkeergarages (jawel, pal aan de markt kan men tegen spotprijzen het blik onder de grond achterlaten) en voeg waar nodig gericht parkeerhavens toe, maar dan wel op een gecentraliseerde en samengepakte wijze. Zo komt er tenminste ruimte vrij voor bredere voetpaden waar heerlijke wandelen wel mogelijk wordt, maar vooral wordt die autochauffeur lichtelijk verplicht zijn wagen op een mentaal aanvaardbare afstand achter te laten en zo zich de stijl van een extra voetganger aan te meten die onderweg naar zijn dagelijks brood, ook andere vitrines passeert waar mogelijks mevrouw toch nog dat ene paar schoenen ziet of de Louis Vuitton waar ze al eeuwig op wacht. Trouwens, die primaire aankoop van een brood gebeurt bij de meeste gezinnen nog steeds ’s morgensvroeg bij de bakker om de hoek met de fiets, en niet in de Lippenslaan, dit volledig terzijde. Ik wil nog even de referentie naar De Bolle in Heist tegen argumenteren. Wie als toerist in het hoogseizoen naar Heist komt, zal steevast De Bolle opzoeken. Het is er een gezellig pleintje geworden waar dagelijks openluchtoptredens plaatsvinden en waar de omringende horecazaken en hun terrassen floreren als nooit voorheen. Het is er daadwerkelijk één van de gezelligste pleintjes van Knokke-Heist geworden sinds die keuze gemaakt werd eind jaren ’90 om de rol van de wagen in vraag te stellen.

We pochen zo graag met onze citytrips naar Parijs, Londen of Barcelona waar we heerlijke kuierend in autoluwe centra de winkeletalages gadeslagen of waar we al hoppend op het openbaar vervoer de stad verkennen. We hebben er vele ettelijke euros voor veil, terwijl we er niet bij stil staan dat zo’n zaken toch ook in Vlaanderen mogelijk zijn. Waarom dan niet in Knokke? Waarom dan niet in de mondaine Lippenslaan? Laat ons daarom toch eens met een kritisch oog kijken naar de winkelkwaliteit van onze “Avenue Lippens”. Wordt het niet eens tijd het addagio van de jaren ’90 waar winkelstraten ingericht werden als shopping centers achter ons te laten en volop in te zetten op extra kwaliteit van onze openbare ruimte met een bovengeschikte rol voor de voetganger en fietser en waar de auto nog welkom maar jedoch ondergeschikt is. En die lokale handelaar zal er heus wel beter van worden… want die lokt klanten via mooi uitgestalde vitrines die enkel met het wandelend oog worden gadegeslagen.

Trouwens, zoek even uit waar NVA Knokke-Heist de mosterd haalt in het programma van Groen Knokke-Heist van de afgelopen gemeenteraadsverkiezingen...

 
Tim Debrabandere
Groen Knokke-Heist
Mobiliteitsexpert

maandag 14 januari 2013

Shoppen in Knokke, het is me wat...

Luxueuze winkelstraten in Vlaanderen. U kent er waarschijnlijk wel wat. De Veldstraat in Gent, de Keyserlei  en Meir in Antwerpen, de Nieuwstraat in Brussel, de Kapellestraat in Oostende, de Steenstraat in Brugge… steevast prachtige winkelstraten met gevestigde waarden en dure merken.
 
Maar top of the bill is toch wel het mondaine Knokke! Lekker kuieren in de Lippenslaan, we doen ze dan ook graag af als “de” winkelavenue bij uitstek! Ik wandel aan de oostzijde richting zee en blijkbaar lijkt dat flaneren en kuieren niet zo’n evidentie. Om de haverklap moet ik me verschansen tussen blik en rubber – auto’s dus – om tegemoetkomende voetgangers een passage te geven. Ruimte voor terrassen is er amper, laat staan winkelwaar. Nochtans weet elke ruimtelijke architect dat een wandelpromenade moet opgebouwd zijn uit een activiteitenzone met gezellige terrasjes en uitgestalde winkelwaar,  een bewegingszone om je daadwerkelijk te kunnen voortbewegen en je niet te hoeven verschansen en tot slot een objectenzone, wat ze de ruimte noemen voor straatmeubilair. Je kent het wel vanop jullie wandeling op de ramblas in Barcelona, bankjes en stoelen enzo, waarop je even kunt uitrusten. Blijkbaar is de ruimte in de Lippenslaan te beperkt om dat beetje ruimte aan de flanerende Zoutien of Kneistenaar te gunnen, onze ruimtelijke ordening is nu éénmaal niet wat het behoort te zijn.
 
M’n kritisch oog verplicht me echter om wat verder te kijken dan het voetpad breed is. In m’n zoektocht naar de antiquair aan de overzijde, tussen alle wagens verschanst, tel ik even de stroken. Eén parkeerstrook, een rijstrook met een stapvoetse file, in de middenberm nog een parkeerstrook, dan nog een rijstrook met een stapvoetse file en plots nog een derde parkeerstrook. Maar liefst 5 stroken met wagens! Weet u waar er nog 5 stroken met wagens te vinden zijn? Juist ja, op de ring van Brussel… en daar staan ze ook stil !
 
Misschien had ik maar beter m’n fiets genomen. Laverend tussen de stilstaande wagens, achterna getoeterd door dames in een bontjas achter een veel te groot stuur in een veel te grote wagen… Toch niet zo aangenaam om te fietsen. Ik plaats maar vlug mijn fiets tegen één van de vele parkeerautomaten want een ruime overdekte fietsenstalling kan ik moeilijk vinden. En op het trottoir wil ik toch m’n medewandelaar niet in de weg lopen.
 
Ik neem volgende keer wel de trein naar één van de eerstgenoemde steden met prachtige wandelpromenades, waar de auto slecht te gast of zelfs niet te bespeuren en waar in 3 stroken parkeren al helemaal te zot voor woorden is! Misschien wordt het de Steenstraat, vlotjes met de centrumbussen tot aan Sint-Salvator. Of naar Gent wellicht, waar ik door de Veldstraat heen kuier en even opzij spring voor een sympathieke bel van tramlijn 1. Volledig de andere kant van het land en onontgonnen terrein voor de “Lippenslaan-architect” is de Kapellestraat in Oostende of de Meir in Antwerpen. Daar is er waarachtig zelfs ruimte voor een terras waar ik tussen een Fnac en H&M bezoek vlug even een cappucino slurp.
 
We stoefen zo graag met onze citytrips naar Parijs, Londen of Barcelona waar we heerlijk kuierend in autovrije centra de winkeletalages gadeslagen of waar we al hoppend op het openbaar vervoer de stad verkennen. We hebben er vele ettelijke euros voor veil, terwijl we er niet bij stil staan dat zo’n zaken toch ook in Vlaanderen mogelijk zijn (getuige de aangehaalde voorbeelden). Waarom dan niet in Knokke? Waarom dan niet in de mondaine Lippenslaan?
 
Laat maar zitten, die o zo vermaarde “Avenue Lippens”, ik zoek het wel verderop…